Op 21 oktober staan de 3 finalisten van het Amsterdams Kleinkunst Festival op ons podium. De jury kende de AKF Sonneveldprijs toe aan Luuk Ransijn en noemde de tweeëntwintigjarige kleinkunstenaar een“veelbelovend en authentiek cabarettalent” die “vanaf zijn opkomst het publiek voor zich weet in te nemen. (…) De voorstelling Vacht is een pleidooi voor de zachte kracht. Zijn beschrijvingen van alledaagse situaties maken de maatschappelijke druk die zijn generatie ervaart invoelbaar.”
Luuk Ransijn (2000) is geboren en getogen in Alkmaar en is halvefinalist van de AKF SONNEVELDPRIJS 2023. Van januari t/m april speelt hij door het hele land met de halvefinalistentournee van het Amsterdams Kleinkunst Festival (AKF). Op 7 april staat hij in de halve finale in De Kleine Komedie te Amsterdam.
“Ik kom uit een groot gezin. Daar leerde ik dat er iets voor nodig was om het woord te krijgen. Mijn tactiek was aanstellen en overdrijven. Zo liep ik bijvoorbeeld eens een week rond met een zogenaamd gekneusde teen. Doen alsof ik pijn had.”
Toen ik zeven jaar oud was ging ik op theaterles bij Artiance en begon ik met pianospelen bij Het Muziekatelier in Alkmaar. Een aantal jaar later maakte ik kennis met het genre kleinkunst en cabaret. Zo leerde ik de liederen van Acda en de Munnik, Maarten van Roozendaal en Theo Nijland kennen. Ik vond het te gek dat zij op een podium stonden met eigen materiaal en dat dan ook nog zelf uitvoerden.
Omdat ik al had geleerd om piano te spelen, ben ik vanaf dat moment ook zelf liedjes gaan schrijven. Al deed ik toen vooral nog mijn voorbeelden na, ik voelde al snel de behoefte om zelf ook wat te komen vertellen.
Op Vooropleiding Theater Zone1380 heb ik les gehad van Sara Kroos. Zij zag mij zwemmen en zoeken. Sara staat bekend om haar persoonlijke materiaal en heeft mij geleerd om ook mijn eigen verhaal te kunnen vertellen. Door haar leerde ik hoe waardevol dat is en begon ik met schrijven over dingen die ik voelde.
Mijn eerste eigen teksten gingen over mijn homoseksualiteit. Bij familieleden en vrienden was ik er altijd al heel erg open over, maar ik had ook een aantal vrienden die ik daar echt niets over durfde te vertellen. Ik heb er een voorstelling over gemaakt en ze daarvoor uitgenodigd. Het was een soort coming-out.
Nu maak ik materiaal over hoe je een plek in de wereld kunt innemen. En welke dingen en mensen je daarbij tegenhouden. Alpha-mannetjes bijvoorbeeld. Ik ga aan op het zichtbaar maken van het onzichtbare en het onhoorbare hoorbaar. Dan gaat mijn vuurtje branden.
Binnen het traject van het AKF hoop ik me op meerdere vlakken te kunnen gaan ontwikkelen. Ik heb zin om veel te schrijven, zowel tekst als muziek. Het is een frisse wind. Ik wil opnieuw dingen uitvinden, uitproberen, resetten en er ontvankelijk in gaan. Ik verheug me erg op de masterclass reeks liedtekst schrijven van Jurrian van Dongen.
In de toekomst zou ik het fantastisch vinden om op verschillende plekken in het land te kunnen spelen met eigen materiaal. En om nog veel te blijven leren van muzikanten en regisseurs. Ik droom niet over grote zalen, ik wil voor wie dan ook kunnen spelen. Als ik dat kan blijven doen, ben ik heel blij.